Jarenlang was Nijmegen een stad met veel vormen van groepswonen. Creatief opgezet door  bewoners, studenten, jonge gezinnen, krakers of gepensioneerden. Een van die vele projecten was de ‘Van Goorstraat’, waar aanvankelijk vijf jongvolwassenen woonden. Door dubieus gebruik van de mazen in de statuten van het woonproject wordt dit project met flinke privéwinsten aan het groepswonen onttrokken.

Woongroep Van Goorstraat is niet meer, omdat bewoners wilden cashen.

Het uitgangspunt was simpel: de woning werd in 1983 gekocht door de woonvereniging die door de bewoners was opgericht. Voormalig Eerste Kamerlid Jos van der Lans was een van de oprichters: „Het was voor mij een belangrijke, vormende tijd. Ieder van ons had zijn eigen leven, maar we deelden veel. We aten samen, leerden van elkaar en discussieerden over de problemen van die tijd. Het gaf je een soort antenne op de wereld.” Voor de oprichters stond betaalbare woonruimte, solidariteit en delen voorop. Van der Lans verzette zich samen met medeoprichters tegen wat zij ‘cashen’ noemen. Twee overgebleven huurders gingen onderhandelen met een investeerder om het pand te verkopen en dit geld steken ze voor een groot deel in eigen zak. De koop werd op 17 juli 2024 gesloten.

Idealisme

Groepswonen ontstond vooral in de creatieve jaren zeventig en tachtig. Voor studenten, jonge gezinnen en voor ouderen was er een schrijnend gebrek aan woonruimte. Jongeren kraakten, huurden of kochten een gezamenlijk onderkomen. Kraken was toegestaan als het gebouw langer dan een jaar leegstond. Studentenbonden, organisaties zoals Centraal Wonen, woningcorporaties en hospita’s zorgden voor gedeelde leefruimte. Het ging niet alleen om de ruimte zelf maar om een sociale manier van leven. Voor ouderen werd het probleem opgelost via bejaardentehuizen of aanleunwoningen, met het perspectief sociaal en veilig ouder te worden. Ze lieten grote woningen achter voor jonge gezinnen. De overheid zorgde voor wetgeving die de kleine huurder en de ouderen beschermde. Kraakpanden werden vaak van de sloop gered en vervolgens gelegaliseerd. Van der Lans: „Nijmegen was in die jaren woongroepenhoofdstad van Nederland. Nergens waren er zó veel woongroepen als in Nijmegen, zoals een kaartje uit 1983 laat zien. Het was een breed uitgedragen behoefte om gezamenlijk in plaats van individueel te wonen.”

Nijmegen was in 1983 woongroepenhoofdstad van Nederland.

Cashen

Van der Lans is geschokt hoe het in de Van Goorstraat zo mis kon gaan. „Het gaat om het voor eigen gewin prijsgeven van betaalbare woonruimte in een schaarse markt. Jongeren en starters konden daar voor een betaalbare huur wonen, maar nu gaat de woning naar een investeerder. Dan wordt het een beetje verbouwd en gaat het voor hoge huren naar expats. De statuten, waarin het karakter van de woongroep is vastgelegd, zijn domweg opzijgeschoven”.

Hij vervolgt: „We vroegen hun om een gesprek. Dat vond plaats in aanwezigheid van de lokale investeerder en een adviesbureau dat de deal zou faciliteren. Het leverde niets op. De bewoners weigerden hun plannen op te geven. We zochten contact met Woningbouwvereniging Gelderland (WBVG), die collectief wonen ondersteunt. Zij waren bereid om met de twee bewoners te praten om te zien of zij ondersteuning konden geven in het beheer van het pand, zodat de sociale woonvorm gered kon worden. Op dit aanbod is niet gereageerd.”

„Het huis, dat in 1983 zo’n 80.000 gulden kostte, heeft nu een WOZ-waarde van  €720.000,-. Bij verkoop zou de opbrengst verdeeld moeten worden over alle mensen die er ooit hebben gewoond. Tegen de uitgangspunten in hebben de twee huidige bewoners er zo’n dertig jaar gewoond. Op grond daarvan strijken zij nu ieder enige tonnen op.” Van der Lans vraagt zich af wat er van dat eerdere idealisme rond groepswonen geworden is. „Is er nog iets van over? Of is dat collectieve verlangen in tijden van neoliberalisme verdampt? Is het van de kaart geveegd door de hitte van de woningmarkt, die het onderliggende vastgoed van zulke hoge prijzen voorzag dat cashen te verleidelijk is?”

Eenzaamheid

Jos van der Lans, een van de oprichters van woongroep ‘Van Goorstraat’, is boos.

Er zijn door de overheid en de markt veel belemmeringen opgeworpen. Van der Lans: „Idealisme moet wel ruimte krijgen.” Het beleid van de laatste vijfentwintig jaar geeft geen opwekkend beeld. Kraken werd verboden in 2010. Bejaardentehuizen met aanleunwoningen (vijf in Nijmegen) werden in 2014 gesloten en er kwam geen alternatief. Woningdelen werd gestraft met verlies van een deel van de AOW of uitkering. Woongroepen kregen via wetgeving beperkingen opgelegd bij de selectie. Ook de hospita kreeg het moeilijk, geschikte kamers verdwenen. Ex-minister De Jonge heeft op de valreep nog geprobeerd daar iets aan te doen. Maar individueel wonen is de norm geworden. Het afbraakbeleid heeft zijn tol geëist. Niet zo vreemd dat zowel jongeren als ouderen zich eenzaam en in de steek gelaten voelen.

Kilte doorbreken

Wie nu zoekt naar sociale woonvormen krijgt te maken met volle wachtlijsten, schaarse mogelijkheden, hoge kosten of ingewikkelde bureaucratie. Het aantal woongroepen in Nijmegen is sinds de jaren tachtig gehalveerd. Maar ze floreren nog steeds en voorzien in een grote behoefte. WBVG en wooncorporatie Talis beheren een aantal panden met woongroepen. Vooral WBVG stimuleert actief nieuwe ontwikkelingen. Ook groepszelfbouwprojecten (CPO’s) zijn in ontwikkeling. Maar de haast waarmee nu nieuwbouw wordt gerealiseerd voorziet vooral in hoogbouw met een- of tweepersoonsflatjes zonder gezamenlijke basis.

De roep om de kilte te doorbreken en socialer te wonen begint langzaam door te dringen. Burgers nemen initiatieven weer in eigen hand. Ook de politiek verschuift langzaam. GroenLinks maakte zich op 12 juni binnen het college sterk voor steun aan woonverenigingen. Groepswonen is niet dood.

 


U kunt reageren op dit artikel via een e-mail naar redactie@denijmeegsestadskrant.nl