Een lange vriendschap van twee fotografen: Henk Braam, die de hele wereld over reisde om het lot van verschoppelingen te tonen, en Jan van Teeffelen, decennialang de Nijmeegse stadsfotograaf. Dat resulteerde in de grote tentoonstelling De schatkamer van Jan van Teeffelen in de Stevenskerk vanaf 1 februari: met vijftig jaar dagelijks Nijmegen in beeld.

De jonge Henk Braam en de dertig jaar oudere Jan van Teeffelen. Foto: Henk Braam

Henk Braam rondde de vijfjarige kunstacademieopleiding af toen hij drieëntwintig was. Hij zette met studiegenoten een eigen film- en videobedrijf op, maar besloot toch voor de fotografie te kiezen. Hij vertrok voor zeven maanden naar India, Nepal, Myanmar en Indonesië, en vervulde daarna zijn dienstplicht. Dat mocht hij doen als fotograaf en grafisch vormgever bij de NAVO. In Nijmegen wilde de zesentwintigjarige meer contacten met lokale fotografen opbouwen. Hij gaf zich op voor de fotocursus voor gevorderden van stadsfotograaf Jan van Teeffelen. Van Teeffelen zag meteen de kwaliteiten van de foto’s van Braam. Ze woonden bij elkaar in de buurt en al snel dronken ze vaak samen thee en spraken over de fotografie. Zo ontstond hun vriendschap die duurde tot Van Teeffelens dood op eenentachtigjarige leeftijd. Toen Van Teeffelen tachtig jaar werd, organiseerde Braam als verrassing een tentoonstelling van foto’s met Jan zelf in de hoofdrol, gemaakt door andere Nijmeegse fotografen.

Schoenendoos

Het fotoarchief van Van Teeffelen, meer dan een miljoen analoge foto’s en dia’s, eindigt wel bij de DAR of een deel ergens in een schoenendoos, dacht Van Teeffelen zelf. Daar dachten zijn zoon Mark en een aantal Nijmegenaren anders over. Zij richtten een stichting op om het werk te behouden. Mark ging aan de slag met het digitaliseren van de foto’s van zijn vader. Na tien jaar had hij eenennegentigduizend zwart-witbeelden gedigitaliseerd, ongeveer een tiende van het hele zwart-wit-archief. Maar Mark kreeg kanker, trouwde nog gauw met zijn vriendin, en vroeg op de trouwdag aan Braam: „Wat gaat er met het archief gebeuren, mijn vrouw zal het huis moeten verlaten, dan ligt het archief op straat.” „Geef het maar in mijn handen”, antwoordde Braam. Hij werd lid van Stichting Jan van Teeffelen en vroeg een maatje om het karwei samen aan te pakken: Ger Loeffen. Dankzij vriendelijke sponsors werd ook goede opslag voor alle filmrolletjes en fotodozen gevonden.

Ambities

Jan van Teeffelen op de flyer van de tentoonstelling is gefotografeerd door Henk Braam.

Braam was ambitieus en startte een Facebookpagina, waarop elke dag nieuwe foto’s te zien zijn, met ondertussen tweeëntwintighonderd volgers.

En er moest een grote tentoonstelling in de Stevenskerk komen en een prachtig fotoboek. Van dat boek werd het eerste exemplaar 7 december 2024 aan burgemeester Bruls  overhandigd. Sindsdien staat het boek op de eerste plaats van de bestsellers bij boekhandel Dekker van de Vegt. En van 1 februari tot en met 9 maart is er in de Stevenskerk de tentoonstelling De schatkamer van Jan van Teeffelen, en zijn er diverse begeleidende lezingen en concerten.

Nu gaat Braam dit deel van zijn leven afronden, zijn taken overdragen. Want Braam is een vrije vogel, het liefst reist hij over de wereld op zoek naar mooie beelden: „Op reis en als fotograaf leef je helemaal in het hier en nu, vrij van een vastgelegd leven in afspraken”, stelt hij.

Sprinkhanenplagen

Watersnood in Calcutta 
Foto: Henk Braam/ Hollandse Hoogte

Braam voelt zich overal thuis. Geboren en opgegroeid in Noord-Rhodesië, het latere Zambia, vond hij dat land even prachtig als de hoge Alpen van zijn moederland Beieren, en het Nederland van zijn vader, waar hij vanaf zijn tiende woont. Voor zijn werk als fotograaf voor onder andere Amnesty International, Artsen Zonder Grenzen en het Liliane Fonds, fotografeerde hij bijvoorbeeld de genocide in Rwanda, vele vluchtelingenkampen, de gevolgen van cholera met duizenden lijken, de gevolgen van droogte en sprinkhanenplagen in Niger en natuurrampen zoals aardbevingen in India of een tsunami in Sri Lanka. Voor zijn foto’s over de studentenrellen in Jakarta kreeg hij in 1998 de eerste prijs in de categorie ‘buitenlands nieuws’ bij de Zilveren Camera.

Kinderen

Henk Braam fotografeerde de kracht en levenslust van dit blinde elfjarige meisje.

Braam: „De opdracht voor ons fotografen veranderde in de tijd. Eerst moesten we vooral de ellende laten zien, het broodmagere kindje, maar nu laten we ook de kracht van mensen zien. Voor het Liliane Fonds fotografeerde ik kinderen die door het fonds geholpen worden. Er was een blind meisje in Vietnam, met een blinde vader en broer, gevolgen van het gebruik van het gifgas Agent Orange door Amerika. Dit meisje was zo sterk, ze hield van dansen en zingen. Ik zette haar dansend op de foto, en deze foto kwam op de cover van de nieuwsbrief van het Liliane Fonds. Een abonnee reageerde per brief: „Ik zag die foto en dacht: in plaats van 25 euro doneer ik 1000 euro.” Dat maakte Braam blij: „Mooi dat mensen stilstaan bij de misère van anderen en er iets aan willen doen, dankzij de krachtige taal van beelden die wij fotografen kunnen brengen.”

Verschoppelingen

Toon op zijn driewieler.
Foto: Henk Braam

„Verschoppelingen in beeld brengen, het lot van mensen die het minder hebben tonen, is de rode draad in mijn werk”, vindt Braam. „Ook die in Nederland. Ik fotografeerde enkele jaren voor het straat- en daklozenblad Impuls. Ik volgde drie jaar Toontje, een dakloze spastische man. Hij zat meestal vlak bij mijn huis in het park op zijn driewieler of sliep in een bushokje of op een bankje. Ik heb hem schuilend, slapend, drinkend met vrienden en in de ambulance met bevriezingsverschijnselen gefotografeerd. Ik ben bij dronken ruzies met een steekpartij geweest en ik ben met Toontje naar Lourdes gegaan.

Wat ik bij hem merkte was dat ik niet meer de afstand had die je als fotograaf moet hebben om een objectieve blik te houden en je werk te kunnen volhouden in ellendige situaties. Ik raakte steeds meer betrokken bij zijn lot en verloor mijn objectiviteit daardoor.”

Wereldreis

Naast werk voor organisaties ontwikkelde Braam zelf projecten zoals een fotoreportage tijdens de moessonregens in Calcutta. „Ik was aangesloten bij Hollandse Hoogte, een kwalitatief heel goed fotobureau dat mijn foto’s doorverkocht aan kranten en tijdschriften. Dat bureau is opgegaan in het ANP.”  Hij werkt om een boterham te verdienen ook commercieel, zoals foto’s maken van de hoog genoteerde restaurants voor de rubriek Aan Tafel voor het blad Perswijn. Met een bevriende vinoloog verzorgde hij foto’s van wijngaarden en wijnproducenten in heel Europa voor een vakblad voor sommeliers en restauranthouders.

Henk Braam in Myanmar. Foto Henk Braam

Hij maakte onbezoldigd bijna twintig jaar lang foto’s van speciale, gewone stadstafereeltjes voor De Nijmeegse Stadskrant. Daar stopt hij mee, want de vierenzestigjarige Braam gaat op wereldreis. Zijn mooiste reis, een wereldreis toen hij negenentwintig jaar was, brak hij na negen maanden af omdat zijn vader ernstig ziek was. Die wereldreis gaat hij nu af maken. Hij komt zeker terug naar Nijmegen, maar dan op vakantie om vrienden te bezoeken. Hij ervaarde dat je altijd nieuwe vrienden maakt op reis. „Ik ga met alleen mijn rugzak en mijn fototoestel de vruchten van volledige vrijheid en echte rijkdom ervaren.”


U kunt reageren op dit artikel via een e-mail naar redactie@denijmeegsestadskrant.nl