Paul van den Heuvel’s passie voor de tv- en fimwereld groeide uit tot het Tante Hannie museum. [foto Jan Lintsen].
Pippi Langkous, Swiebertje, Pipo de Clown, Suske en Wiske, Floris, Harry Potter, Shrek, Thunderbirds, Loeki de Leeuw, Rik de Kikker, Pokémon. Zomaar een paar animatie en superhelden. Ze zijn allemaal te zien in Nijmegen, grote namen uit de wereld van jeugdseries. En wel in het museum Tante Hannie in de Molenpoort.

Het museum is een verzameling van levensgrote poppen, beeldjes, boeken, posters, speldjes, servies, zelfs een boxkleed van Pipo de Clown. Wie binnengaat, komt eerst in de museumwinkel, voor je doorloopt en tussen vitrines terechtkomt vol met tv- en filmhelden, filmdecors, rekwisieten, posters. Jeugdsentiment. Het museum is vernoemd naar Tante Hannie, de eerste tv-presentatrice van kinderseries op de Nederlandse televisie.

„Ik loop elke ochtend met plezier een rondje door mijn museum en word blij van alles wat ik zie”, zegt bestuurslid en verzamelaar Paul van den Heuvel. Hij was al op jonge leeftijd dol op het  verzamelen van tv- en filmfiguren. „Q&Q, Daktari en Catweazle waren mijn favorieten. En als klein jongetje had ik een zwaard van Lange Pier, daar heb ik heel wat klasgenootjes mee achterna gezeten”, lacht hij. Die hobby mondde uit in een enorme collectie, waardoor hij veel kennis over de tv- en filmwereld vergaarde. Zodanig veel dat hij meerdere gastlessen heeft gegeven op diverse opleidingen. Tv- en filmhelden als Aart Staartjes, Paul Verhoeven en Rutger Hauer heeft hij persoonlijk ontmoet.

Pop-up
In de jaren negentig ontmoet hij Roland Spek, die de kunstacademie doet en dezelfde passie deelt en een aantal verzamelingen heeft, zoals van Godzilla en Frankenstein. Beiden vinden dat die collecties een breder publiek verdienen. Samen beginnen ze een stichting en houden pop-uptentoonstellingen in het land. Het is nogal arbeidsintensief, ze bouwen een paar dagen op en af voor een tentoonstelling die soms maar een dag duurt. Hun collectie valt op bij een zuivelproducent. Die vraagt Van den Heuvel om in de hal van het hoofdkantoor in Arnhem een tentoonstelling op te bouwen rondom de Thunderbirds, die drie maanden mag blijven staan. Ze worden steeds vaker gevraagd, dus wordt het tijd voor een vaste plek. Dat wordt een voormalige school in Dieren, waar hij met het TV Toys museum veel bezoekers trekt. Bij een periodieke keuring van de brandweer wordt het pand afgekeurd, grote investeringen blijken nodig die Van den Heuvel niet kan opbrengen. Zijn collectie gaat in opslag. In die tijd verhuist hij naar Nijmegen, wordt daar gevraagd voor een Floris-expositie en vindt uiteindelijk de huidige ruimte in de Molenpoort. In die ruimte, toch niet echt klein, kan hij slechts een procent van zijn collectie kwijt.

Dan komt Jelle Bakker op zijn weg. Bakker is een fanatiek knikkerbanenbouwer én technisch zeer vernuftig. Hij gaat totaal op in zijn passie: het bouwen van de grootste knikkerbaan van Europa. Bij Van den Heuvel krijgt hij een ruimte ter beschikking in het museum. Die knikkerbaan is een wondere wereld van wel acht knikkerachtbanen, lampjes en muziek.

Zijn museum, dat draait zonder subsidie, herbergt vele collecties, zowel zelf verzameld als overgenomen en gekregen. Wie door het museum loopt, gaat van de ene herinnering naar de andere. Wat is nou de gemeenschappelijk noemer? „Tv-series, films en games”, vertelt Van den Heuvel „Het is écht een museum voor iedereen, alle generaties kunnen zich amuseren want iedereen herkent wel iets. De helden en figuren veranderen met de tijd maar de beleving is voor iedereen hetzelfde als je een bekende jeugdheld ziet in het museum. Mensen zijn er echt verbaasd over hoe groot het museum is. Velen gaan dan ook naar huis met het idee: we moeten nog een keer terugkomen.” Van den Heuvel heeft niet een favoriete collectie maar hij is wel erg trots op enkele originele, unieke rekwisieten uit de film Floris, zoals het pak en de laarzen van Sindala. Ook heeft hij de originele Fabeltjeskrantpoppen. Hij wisselt geregelt deelcollecties uit met andere musea, zoals het omroepmuseum in Hilversum, museum van de twintigste eeuw in Hoorn en het speelgoedmuseum in het Belgische Mechelen.

Open depot
Van den Heuvel blijft bij in de wereld van tv en films door van elke serie die er verschijnt een of meer afleveringen te kijken. Tv kijken is dus in feite zijn werk. Inkomsten haalt hij uit de museumwinkel, entreegelden en exposities, daarmee kan hij de kosten betalen voor de ruimte. Zijn partner heeft een baan en zelf heeft hij jarenlang in de horeca gewerkt als manager en geld opzijgezet. Zo kan hij zich helemaal richten op museum Tante Hannie. „Ik heb geen structurele subsidie nodig, dat is erg fijn.
En we huren voor een schappelijke prijs. Maar misschien heb ik wel een starterssubsidie nodig als we straks hopelijk in een grotere ruimte kunnen. Wat leuk zou zijn, is een  ‘open depot’, waar de collecties in voorraad staan en mensen er kunnen ‘rondsnuffelen’. Het is een nieuwe trend in musea dat de ‘kelder’ wordt opengesteld voor publiek, het Rijksmuseum en Boijmans Van Beuningen doen dat al.” Wat hem betreft kan Tante Hannie de derde worden met een open depot.

Voor de toekomst heeft Van den Heuvel plannen om meer met poppentheater en workshops Legobouwen te gaan doen. Ook wil hij themakamers gaan inrichten rondom een onderwerp. „Momenteel heb ik een jaren vijftig-zestig kamer, die vinden mensen ontzettend leuk.”  Zijn droom is om meer thematische kamers rondom een bepaalde periode te realiseren. „Vooral  mensen met alzheimer vinden dat prachtig, ze herkennen dingen uit hun jeugd.”

Kruisbestuiving
„Nijmegen is voor mijn museum een heel goede locatie omdat Duitsland vlakbij ligt. Ik heb veel Duitse bezoekers, in Duitsland zijn de mensen zeer leergierig op gebied van film en tv. Vroeger keek ik veel naar de Duitse televisie, alles was daar eerder, zoals Star Trek. Ik zie veel mogelijkheden voor samenwerking en kruisbestuiving met lokale partijen als speelgoedwinkels, musea en theaters als de Lindenberg. Ik kan met mijn collecties overal op inhaken! En als ik die grotere ruimte vind, gaat Nijmegen het grootste museum in Europa op ons gebied herbergen! Dat heeft toeristische waarde. ”

Knikkerteams
Jelle Bakker werd bekend bij het grote publiek met een kerstknikkerbaan bij museumpark Orientalis in Heilig Landstichting. Ook is hij de bedenker van knikkercompetities en van de Marble Lympics, de Olympische Spelen voor knikkers. Daarbij racen virtuele knikkerteams met namen als Raspberry Racers en Green Ducks tegen elkaar in wat een Formule 1-wedstrijd met knikkers genoemd kan worden. Met bijbehorend commentaar, in het Engels.  „Jelle geeft de knikkers ook allemaal teamnamen, ze leiden in zijn beleving een eigen leven. Hij heeft inmiddels miljoenen volgers op Youtube!”, aldus Van den Heuvel. „Vooral mensen met autisme vinden het prachtig.”


U kunt reageren op dit artikel via een e-mail naar redactie@denijmeegsestadskrant.nl