Voordat hij wethouder van cultuur werd in Nijmegen, was Noël Vergunst zelf jarenlang actief in de cultuursector. Van 1992 tot 1998 speelde hij in de folkrockband MIZPAH. Hij zet het huidige cultuurbeleid van Nijmegen uiteen: “Wij zien de maatschappelijke waarde van kunst.”
Ongeveer een jaar na het aantreden van Noël Vergunst nam de gemeenteraad in september 2019 de Cultuurvisie Groei unaniem aan. Met deze visie probeert de gemeente een verrijking, professionalisering en diversifiëring van het Nijmeegse cultuurlandschap te bereiken.
“We hebben drie lijnen in onze Cultuurvisie Groei. Ten eerste moet cultuur voor en door iedereen zijn. We staan voor een divers cultureel landschap dat voor iedereen toegankelijk is. Ten tweede moet cultuur in Nijmegen bijdragen aan een aantrekkelijke stad. Met voldoende podia en culturele instanties is Nijmegen een prettigere stad om in te wonen. Ten derde richten we ons op vernieuwing en experiment in het Nijmeegse cultuurlandschap. De gemeente wil met haar beleid meer ruimte maken voor nieuwe culturele initiatieven. We hebben ook onderzoek laten uitvoeren naar de waarde van kunst en cultuur. Naast een intrinsieke waarde heeft kunst ook een maatschappelijke waarde. Kunst en cultuur kunnen bijdragen aan sociale cohesie en het welbevinden van mensen. Een mooi voorbeeld hiervan is Club Goud. Dit is een initiatief dat zich richt op ouderen. Ze brengen kunst toe naar mensen die minder mobiel zijn. Het roept allerlei herinneringen van vroeger op die kunnen leiden tot een goed gesprek, wat mensen weer samen kan brengen. Door kunst en cultuur hebben we meer begrip voor elkaar. Dat leidt tot een samenleving die toleranter is voor elkaar. Met kunst kunnen we een vrije en tolerante samenleving krijgen.”Inflatie
Vergunst herkent het beeld niet dat gemeentesteun voor de culturele sector onder druk zou staan. Het verwijt van kunst en cultuur als ‘linkse hobby’ komt hij maar weinig tegen.
“In de coronatijd merkte ik dat cultuur voor veel mensen belangrijk is. Je kon niet meer naar een voorstelling. Men miste de voorstellingen maar ook het contact met anderen. Om kaalslag van de cultuursector te voorkomen hebben we een steunpakket voor de culturele sector in Nijmegen opgezet. Dat werd heel goed ontvangen. Sinds corona heb ik het gevoel dat de hele samenleving kunst en cultuur omarmt. De kritiek is wat verstomd.”
Toch zijn er nog problemen voor de culturele sector in Nijmegen. Tijdens corona kelderden de bezoekersaantallen en vertrok veel personeel. Verder heeft de culturele sector ook veel last van de aanhoudende inflatie. “De gemeente probeert culturele instanties te ondersteunen om deze uitdagingen het hoofd te bieden. De bezoekersaantallen zijn ondertussen wel weer op peil. Om de klap van inflatie te helpen op te vangen hebben we de cultuursubsidies mee laten groeien. Ook gaven we een tegemoetkoming voor de stijgende energieprijzen.”
Om het culturele leven in Nijmegen te stimuleren en om te voorzien in de behoefte aan meer werkruimte voor de culturele sector, is de gemeente bezig met nieuw beleid. In zogeheten broedplaatsen moeten makers hun werk kunnen doen en met elkaar uitwisselen. Vergunst vervolgt: “Een paar weken geleden hebben we een gesprek gehad met de gemeenteraad over het opzetten van een broedplaatsenbeleid. Broedplaatsen zijn plekken waar makers hun werkplek kunnen hebben en elkaar kunnen ontmoeten. Dit geeft ruimte aan kunstenaars om hun werk te doen en van elkaar te leren. We hebben een paar van dat soort broedplaatsen gehad, en we willen hier graag nieuwe locaties voor opzetten. We merken dat er veel behoefte is aan dit soort ruimtes. De gemeente kan panden die we in bezit hebben tijdelijk openstellen voor kunstenaars, maar we willen ook permanente broedplaatsen creëren. Later dit jaar gaan we hier echt nieuw beleid voor maken.”
Echter, niet iedereen wacht de nieuwe broedplaatsen van de gemeente af. Op 29 april kraakte krakerscollectief Nijmeegs Jantien het pand van het oude Carolus op Plein 1944. In een brief die achter het raam van Carolus te lezen is, lieten ze weten dat ze dit deden om woonruimte te creëren, en om een nieuwe locatie te bieden aan daklozeninloop de Steeg. Ook willen zij samen met cultureel collectief ‘Bel Zoekt Deur’ het pand gebruiken om een open stadsatelier op te zetten. Verder is Nijmeegs Jantien van plan om met het initiatief ´de Sok´ een plek te bieden voor artiesten om zich te ontwikkelen, met elkaar in contact te komen en de cultuur van Nijmegen voort te drijven. Hierbij verwijzen ze expliciet naar de plannen voor een broedplaatsenbeleid van de gemeente. Om de onafhankelijkheid van de Sok te garanderen, maken ze gebruik van een do-it-yourselfstructuur waarbij ze voor hun eigen onderdak zorgen, en de financiering regelen via donaties. Bovendien zouden de cultuursubsidies van de gemeente niet makkelijk te verkrijgen zijn. Op deze manier probeert Nijmeegs Jantien bij te dragen aan het culturele landschap van Nijmegen zonder daarvoor extra kosten bij de gemeente in rekening te brengen.
Een woordvoerder van de gemeente reageert positief op de activiteiten van Nijmeegs Jantien. Hun streven om meer ruimte te creëren voor culturele initiatieven, ateliers en broedplaatsen wordt, afgezien van de gebruikte methoden, gezien als ondersteuning van het gemeentebeleid op het gebied van cultuur.