Tegen windmolens bestaat veel weerstand. Een netelige kwestie, want Arnhem en Nijmegen moeten er vóór 2030 nog tientallen plaatsen om aan de afspraken te voldoen van de Regionale Energiestrategie.
Om steun voor windmolens te vergroten, stimuleert de overheid lokaal eigenaarschap. Het idee is kinderlijk eenvoudig. Laat een energiecoöperatie van omwonenden mede-investeren in nieuwe molens. Laat de leden van de coöperatie vervolgens geld verdienen aan de opgewekte elektriciteit. Dit doet weerstand smelten als sneeuw voor de zon.
Zo geschiedde in Nijmegen-Noord. Langs de A15 staan vier grote molens van energiecoöperatie Windpark Nijmegen-Betuwe. Om het lokale eigenaarschap te verbeelden, liet de coöperatie een van die vier molens bedrukken met de namen van de medeoprichters.
Het ging goed, totdat lokale graffitikunstenaars een geheel eigen manier vonden om dat lokaal eigenaarschap inhoud te geven. Ze namen de molen over. Eerst schilderden NEC-supporters joekelgroot de kleuren van hun club op de molen. De prachtige zichtlocatie aan de A15 vroeg erom. Vitessesupporters reageerden. Met rollers zwarte verf gingen ze over het werk van de NEC-supporters heen. Tja Vitesse, laf verdedigen is nu eenmaal makkelijker dan aanvallen.
Waar twee honden vechten om een molen, gaat een derde ermee heen. Het matte zwart was een dankbaar canvas voor Tosti’s sublieme pasteltinten. Voilà, lokaal eigenaarschap in pure vorm.
